-
1 waarde/belang aan iets hechten
waarde/belang aan iets hechtenattach (a certain)value/importance to somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > waarde/belang aan iets hechten
-
2 geen waarde hechten aan
мест.общ. (iets) не придавать (чему-л.) значения -
3 waarde aan iets hechten
waarde aan iets hechtenaccorder de la valeur à qc.————————waarde aan iets hechtenattacher de la valeur à qc. -
4 veel waarde aan iets hechten
veel waarde aan iets hechtentenir beaucoup à qc. -
5 (zeer) veel waarde aan iets hechten
(zeer) veel waarde aan iets hechtenvalue something highly, set great store by/on something, attach great value to somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > (zeer) veel waarde aan iets hechten
-
6 weinig waarde aan iets hechten
weinig waarde aan iets hechtenset little store by/on something, attach little value to somethingVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > weinig waarde aan iets hechten
-
7 hechten
2 [vastmaken] attach, fasten ⇒ (af)fix3 [toekennen] attach♦voorbeelden:1 een wond hechten • suture/sew up a wound3 geloof aan iets hechten • give credit/credence to something, credit somethingwaarde/belang aan iets hechten • attach (a certain)value/importance to something2 [waarde toekennen aan] be attached/devoted (to) ⇒ adhere (to)♦voorbeelden:2 aan iets/iemand gehecht zijn • be attached to something/someonehij hecht zeer aan traditie/vormen • he clings strongly to tradition/the proprietiesIII 〈wederkerend werkwoord; zich hechten〉2 [gesteld raken op] become attached♦voorbeelden: -
8 waarde
1 [betekenis als bezit/ruilobject] value2 [grote waarde] value3 [betekenis] value4 [zaak van waarde] value♦voorbeelden:effectieve/reële waarde • market/real valuenominale waarde • nominal valuevan onschatbare waarde zijn • be of inestimable value/invaluableiets beneden de waarde verkopen • sell something below the going ratein waarde stijgen • appreciate, increase in valuein waarde dalen • depreciate, decrease in valuenaar waarde schatten • be able to appreciate somethingter waarde van … • at (the value of), worth …tot een waarde van • to the value ofmunten van deze waarde worden niet meer uitgegeven • coins of this denomination are no longer issuedvoor de volle waarde verzekeren • insure for the full value2 is er iets van waarde bij? • is anything valuable included?voorwerpen van waarde • objects of value, valuablesiemand niet op zijn juiste waarde schatten • underestimate someone(zeer) veel waarde aan iets hechten • value something highly, set great store by/on something, attach great value to somethingweinig waarde aan iets hechten • set little store by/on something, attach little value to somethinghet heeft zijn waarde bewezen • its value/merit has been provediemand in zijn waarde laten • accept someone as he/she isiets op waarde schatten • rate something at its true valuemen begint deze schrijver op zijn juiste waarde te schatten • this author has started to get the recognition he deservesvan waarde zijn, waarde hebben • be valuable, be of valuevan nul en gener waarde zijn • be null and voidmaximale/hoogste waarde • 〈 ook〉 maximum, highnegatieve waarde • minus (number) -
9 hechten
2 [+ aan][vastmaken] attacher (à)3 [+ aan][toekennen] accorder (à)♦voorbeelden:3 een bepaalde betekenis aan iets hechten • attacher un certain sens à qc.waarde aan iets hechten • accorder de la valeur à qc.1 [vast blijven zitten] tenir2 [+ aan][waarde toekennen aan] tenir (à)♦voorbeelden:III 〈wederkerend werkwoord; zich hechten〉1 [+ aan] s'attacher (à)♦voorbeelden: -
10 waarde
♦voorbeelden:de absolute waarde van een getal • la valeur absolue d'un nombrevan gelijke waarde • équivalentvan onschatbare waarde zijn • n'avoir pas de prixwaarde aan iets hechten • attacher de la valeur à qc.veel waarde aan iets hechten • tenir beaucoup à qc.de gulden vermindert in waarde • le florin se dévaloriseiets beneden de waarde verkopen • vendre qc. au-dessous de sa valeuriemand in zijn waarde laten • ne pas humilier qn.naar waarde schatten • estimer à sa juste valeuriets, iemand op zijn juiste waarde schatten • apprécier qc., qn. à sa juste valeurter waarde van • d'une valeur devan nul en generlei waarde • sans aucune valeur -
11 придавать значение
vgener. waarde hechten aan, (iets) op prijs stellen (iets) (чему-л.), gewicht aan (iets) hechten (чему-л.), prijken stellen op (iets) (чему-л.), waarde toekennen (aan-чему-либо)Russisch-Nederlands Universal Dictionary > придавать значение
-
12 придавать значение
vgener. waarde hechten aan, (iets) op prijs stellen (iets) (чему-л.), gewicht aan (iets) hechten (чему-л.), prijken stellen op (iets) (чему-л.), waarde toekennen (aan-чему-либо) -
13 attribuer
attribuer [aatriebuu.ee]1 toekennen ⇒ toewijzen, verlenen♦voorbeelden:1 zich toe-eigenen ⇒ zich aanmatigen, zich toeschrijven♦voorbeelden:1. v1) toekennen, toewijzen2) toeschrijven, wijten2. s'attribuerv -
14 не придавать значения
prepos.gener. (чему-л.) geen waarde hechten aan (iets)Russisch-Nederlands Universal Dictionary > не придавать значения
-
15 attribuer une importance à qc.
attribuer une importance à qc.Dictionnaire français-néerlandais > attribuer une importance à qc.
-
16 не придавать значения
prepos.gener. (чему-л.) geen waarde hechten aan (iets) -
17 Gewicht
Gewicht〈o.; Gewicht(e)s, Gewichte〉♦voorbeelden:1 spezifisches Gewicht • specifiek, soortelijk gewicht〈 figuurlijk〉 einer Sache Gewicht beimessen • waarde, belang hechten aan iets〈 figuurlijk〉 seine Stimme hat Gewicht • zijn stem telt, heeft invloed, gezag〈 figuurlijk〉 großes Gewicht auf eine Sache legen • veel belang, waarde aan iets hechten〈 figuurlijk〉 sein (ganzes) Gewicht in die Waagschale legen • (heel) zijn gewicht in de schaal werpen〈 figuurlijk〉 ins Gewicht fallen • van belang, invloed zijn, zwaar wegennach dem Gewicht • per gewichteine Meinung von Gewicht • een gezaghebbende mening -
18 ценить
vgener. waarde hechten aan, rooien, waarderen, (iets) op prijs stellen (iets), apprecieren, prijken stellen op (iets), schatten -
19 ценить
vgener. waarde hechten aan, rooien, waarderen, (iets) op prijs stellen (iets), apprecieren, prijken stellen op (iets), schatten -
20 belang
2 [belangstelling] interest (in)♦voorbeelden:het is in je eigen belang • it's in your own interesttegengestelde belangen hebben • have conflicting interestsiemands belangen behartigen • look after someone's interestsbelang(en) hebben in een bedrijf • have an interest in a companybelang bij iets hebben • have an interest in somethinghij heeft er alle belang bij het te verzwijgen • he has every reason to keep it quietiemands belangen schaden/benadelen • harm/prejudice someone's interestsin het belang van uw gezondheid • for the sake of your health2 belang stellen in • be interested/take an interest ineen zaak van ondergeschikt belang • a matter of minor importanceveel belang hechten aan iets • set great store by somethingde presentatie is daarbij van groot belang • the presentation matters greatly
- 1
- 2